Van huis uit was Albert de Joode journalist en vervolgens werkzaam bij een reisbureau. Hij werd aanvankelijk door van Rappard aangesteld om nieuwe leden te werven voor de NSNAP. De Joode was niet blij met zijn naam. Vanwege het milieu waarin hij verkeerde noemde hij zich liever Albert van Waterland. Van Waterland-De Joode werd uit de NSNAP gezet omdat van Rappard bang was dat De Joode zelf Rijksleider zou willen worden. De Joode besloot verder te gaan zijn een eigen partij – de Nationaal-Socialistische Partij. Het bekendste wapenfeit van De Joode was zijn verstoring van een toespraak van Mussert in het Duitse Goch. Met behulp van de lokale SS en SA werden Mussert en zijn gevolg weggejaagd. Toen de NSP bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1933 slechts 2100 stemmen haalde, werd De Joode opzij geschoven. De bejaarde majoor Cornelis Kruyt nam zijn plaats in. Albert de Joode probeerde het kort na de Duitse inval in 1940 nog een keer, maar ook deze comeback mislukte jammerlijk. De partij bracht nog één enkele brochure uit en één exemplaar van een nieuw blad, De Dageraad der Volksbevrijding. Maar zijn NSNAP-De Nederlandsche Hakenkruisers werd door de Duitsers niet erkend als partij.

In de oorlog werd De Joode lid van de NSB. Hij werd al snel weer geroyeerd vanwege een contributieschuld. Ondanks zijn verleden als ‘Rijkseider’ van een nationaal-scocialistische beweging, werd De Joode na de oorlog slechts veroordeeld tot een geldboete.

gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/nsnap/
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/federatie-van-samenwerkende-organisaties-in-de-nationaal-maatschappelijke-beweging/
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/nsb/