Na het succes van de Rapaille Partij besloot Erich Wichman, ditmaal met Hettel Bruch en Ernest Michel, in 1924 een nieuwe activistische groep op te richten. Net als de Rapaille Partij was provocatie het voornaamste doel van de Rebelsche Patriotten. Zo vroegen ze bijvoorbeeld aan de Belgische koning of hij Nederland niet zou willen annexeren. De groep wilde wel overgaan tot actie, maar het bleef voornamelijk bij woorden.
De reden dat de groep zichzelf niet fascistisch noemde kan zijn omdat Mussolini het fascisme aanvankelijk nog als een enkel Italiaans fenomeen zag. Pas in 1925 noemden ook Nederlandse fascisten zichzelf fascisten.
In 1925 vertrok Erich Wichman naar Parijs en de beweging viel stil. Na terugkeer in Nederland werd hij onderdeel van het succesvolle fascistische weekblad ‘De Bezem’.
De naam ‘De Anderen’ was al eerder gebruikt door de kunstenaarsvereniging die Wichman o.a. met kunstenaar Van Doesburg in 1916 oprichtte maar die ook al snel uit elkaar was gevallen.
De katholieke dichter Ernest Michel schreef later ook voor De Bezem. Vervolgens voegde hij zich bij Verdinaso en uiteindelijk bij de NSB. Door zijn retorische heftigheid hield hij weinig vrienden over; Michel schreef bijvoorbeeld stellig dat Jezus Christus een ‘ariër’ geweest moest zijn. De Nijmeegse zenuwartsen prof. Prick en J.A.Th. Ligterink, die hem na de oorlog onderzochten, noemden hem een psychopathische persoonlijkheid, waardoor zijn politieke gedragswijze hem niet geheel kon worden toegerekend. “Hij is één van de zielige figuren, die door de troebele beweging naar boven zijn gespoeld en die gedreven door hun pathologische hartstocht op onverantwoorde wijze achter de kar aanliepen, die hen te verderve voerde.”
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/rapaille-partij/
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/15/de-bezem/
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/verdinaso/
gerelateerd: https://allentegenallen.nl/2020/04/22/nsb/